Veel spaargeld verhoogt eigen bijdrage voor verpleeghuis
-
maandag,
8 mei,
2023
-
De eigen bijdrage die mensen moeten betalen in een zorginstelling verschilt sterk. Dat komt door het bedrag aan spaargeld dat ze hebben. Het vermogen van twee jaar geleden is hiervoor het uitgangspunt. Als u in een verpleeghuis wordt opgenomen, moet u iedere maand een eigen bijdrage betalen. De eerste vier maanden geldt een lage eigen bijdrage. Deze is in 2023 minimaal 184 euro en maximaal 966,60 euro per maand. Daarna gaat voor alleenstaanden de hoge eigen bijdrage gelden, die is maximaal 2.652,40 euro per maand. Hetzelfde geldt voor alleenstaanden met een eigen huis dat te koop staat. Ze kunnen eventueel in aanmerking komen voor een betalingsregeling. Heeft u nog een partner thuis wonen? Dan blijft u ook na vier maanden de lage eigen bijdrage betalen.
Vermogen telt mee
Het Centraal Administratie Kantoor (CAK) berekent de eigen bijdrage aan de hand van het verzamelinkomen dat de Belastingdienst van u heeft. Het verzamelinkomen is de optelsom van inkomen uit werk en woning (box 1), inkomen uit aanmerkelijk belang (box 2) en belastbaar inkomen uit sparen en beleggen (box 3). Hiervoor kijkt het CAK twee jaar terug. De eigen bijdrage voor 2023 is dus gebaseerd op het verzamelinkomen van 2021.
Het CAK trekt van dat verzamelinkomen een paar posten af, zoals de betaalde belasting en een bedrag voor zak- en kleedgeld. Maar er is ook een bijtelling voor het spaargeld. Daarvan telt 4 procent mee als inkomen. Precies gezegd: 4 procent van de ‘grondslag sparen en beleggen’ telt mee als ‘vermogensinkomensbijtelling’. Goed om te weten: niet al uw spaargeld telt mee. Er is in 2021 een vrijstelling van 31.340 euro per persoon. Heeft u dus een vermogen dat lager is dan de vrijstelling, dan heeft dat geen invloed op de eigen bijdrage. De hoogte van de vrijstelling kan per jaar verschillen.
Vermogen telt mee
Het Centraal Administratie Kantoor (CAK) berekent de eigen bijdrage aan de hand van het verzamelinkomen dat de Belastingdienst van u heeft. Het verzamelinkomen is de optelsom van inkomen uit werk en woning (box 1), inkomen uit aanmerkelijk belang (box 2) en belastbaar inkomen uit sparen en beleggen (box 3). Hiervoor kijkt het CAK twee jaar terug. De eigen bijdrage voor 2023 is dus gebaseerd op het verzamelinkomen van 2021.
Het CAK trekt van dat verzamelinkomen een paar posten af, zoals de betaalde belasting en een bedrag voor zak- en kleedgeld. Maar er is ook een bijtelling voor het spaargeld. Daarvan telt 4 procent mee als inkomen. Precies gezegd: 4 procent van de ‘grondslag sparen en beleggen’ telt mee als ‘vermogensinkomensbijtelling’. Goed om te weten: niet al uw spaargeld telt mee. Er is in 2021 een vrijstelling van 31.340 euro per persoon. Heeft u dus een vermogen dat lager is dan de vrijstelling, dan heeft dat geen invloed op de eigen bijdrage. De hoogte van de vrijstelling kan per jaar verschillen.